Decor 483a
Terwijl de servieskasten al flink vol beginnen te raken was er in de ogen van Hans nog geen sprake van een echte collectie. Dan, vijftien jaar terug komt er een omslag in Hans’ leven en raakt het verzamelen in een hogere versnelling. Doelgericht gaan hij en Rienkje op zoek naar aanvullingen. Ze richten zich nu vrijwel geheel op het Maastrichtse aardewerk met decor 483a. Met het groeien van de verzameling komt de behoefte aan kennis. Ze verdiepen zich meer in de achtergronden van het boerenbont en brengen precies in kaart welke onderdelen er nog in de collectie ontbreken. Hans en Rienkje proberen de echte collectors-items op te sporen, de zeldzame kannen, schalen en borden.
Volhouders
Een deel van het boerenbont dat Hans ooit voor veel geld heeft aangeschaft is een flinke hap van zijn waarde kwijtgeraakt. Hans zit er niet mee. Hij heeft de verzameling nooit bijeengebracht als belegging, maar om ervan te genieten.
Voor de echte volhoudende verzamelaar is het natuurlijk ook een voordeel dat de prijzen zijn gedaald. Voor het beschikbare budget is nu meer en hoogwaardiger boerenbont te koop. En zo kan de collectie er alleen maar wel bij varen.
Pronkstukken
Boerenbont is dan wel ontstaan met het oog op massaproductie, dat neemt niet weg dat er nogal wat objecten in kleine oplage zijn gemaakt en die zijn nu (uiterst) zeldzaam en veel gezocht. Alleen met volharding en opoffering krijg je een interessante collectie bijeen. Voor een fel begeerde schaal moet alles wijken; dan maar even niet op reis.
Pronkstukken van de verzameling zijn twee welhaast unieke voorraadpotten. Hans had geluk. Hij kwam de potten tegen op Marktplaats. De verkoopster had ze bij een kringloopwinkel gekocht in de verwachting hiermee een winstje op de veilingsite te kunnen maken. Zij moet van haar stoel zijn gevallen toen de biedingen tot in de honderde euro’s opliepen. Hans heeft doorgezet. De verzameling zou door deze aankoop veel aan uitstraling winnen.
Ontzamelen
Het is crisis. Net als huizen en antiek is ook het oude aardewerk in prijs gedaald. Het effect van de economische malaise wordt bovenden versterkt door het feit dat de grote en kapitaalkrachtige verzamelaars van het eerste uur nu op een leeftijd zijn beland dat ze gaan ontzamelen. Er is relatief veel aanbod en de vraag is niet meer zo groot.
Vrijwel alle verzamelaars weten nog precies het moment waarop het verzamelvirus toesloeg. Voor Hans is dit wel héél eenvoudig: het begon bij zijn huwelijk 33 jaar geleden. Oma heeft het op haar geweten. Zij maakte het bruidspaar gelukkig met een boerenbont servies van het Belgische Boch als bijdrage aan de uitzet. Boerenbont serviezen schijnen in meerder opzicht eindeloos te zijn. Mensen kunnen er erg van genieten én er is heel veel van te koop. Het jonge echtpaar vulde hun serviesgoed geleidelijk aan en waar nodig kwam er vervanging.
Heel recht in de verzamel-leer waren ze niet en zo kon het gebeuren dat de aanvullingen niet alleen van Boch, maar ook van de Maastrichtse producenten kwamen. Boch werd zelfs uit de kasten verdrongen ten gunste van het Limburgse aardewerk dat een mooiere bloem als decoratie droeg. Het decor waarvoor ze met name vielen was 483a.
Boerenbont
bij Rienkje en Hans