De Vormgeving
Het gemiddelde product dat de Nederlandse keramische industrie eind Negentiende Eeuw afleverde blonk niet uit door een verantwoorde vormgeving. De mallen werden doorgaans aangekocht en waren vaak in een ratjetoe van stijlen. Vormgeving had gewoonlijk geen hoge prioriteit. Maar daarin kwam verandering en wel onder buitenlandse invloed.
Willem Rozendaal
Johan Lint was vooralsnog een eenling en zijn invloed op het assortiment was beperkt. Niettemin werd het belang van een artistieke inbreng wel onderkend want in 1924 kreeg Lint versterking van een collega: Willem Rozendaal. Rozendaal weet de functie van de vormgever beter in het bedrijf te verankeren. Hij bemoeit zich zowel met de productvormgeving als met zaken die we nu tot de marketing rekenen: advertenties, verpakkingen, en presentaties.
Rozendaals beroemdste serviesontwerp is Serail. Opgebouwd uit gestapelde bollen, refererend aan de oriëntaalse bouwkunst. In stijl aansluitend bij de Amsterdamse School. Het servies was verkrijgbaar in helemaal wit en in wit met een contrastkleur.
Johan Lint
Heel snel volgde de Maastrichtse aardewerkindustrie de internationale beweging niet, maar aan het begin van de twintigste eeuw kwam er gaandeweg verandering. Hoe dit in zijn werk ging leert ons het archief van De Sphinx dat gelukkig voor een belangrijk deel bewaard is gebleven.
De eerste ontwerper bij De Sphinx waarvan de naam nu nog resoneert was Johan Lint. Hij kwam in 1917 in dienst en wist zich te onderscheiden met stijlecht serviesgoed waarvan bovendien het model en de decoratie samen een eenheid vormden. Moderne – op de Jugendstil geïnspireerde – vormgeving, opvallende, intense kleuren en sterk afstekende zwarte handgrepen en tuiten. Toen zeer vernieuwend en nu nog altijd aantrekkelijk.
links: De Sphinx: 'Clary' (1917), ontwerp Johan Lint,
foto en collectie Marian Hankel
Producenten in zwaar weer doen er natuurlijk alles aan om hun bedrijfsresultaten te verbeteren. Twee voor de hand liggende strategieën werden gevolgd:
a) proberen het productieproces efficiënter te maken waardoor de producten goedkoper worden,
b) het verbeteren van het product. Wie het beste maakt voor een concurrerende prijs, die moet toch succesvol zijn. Maar het beste product maken, dat is zo eenvoudig nog niet. En dat brengt ons op het aspect van de vormgeving.
Door het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog komt in 1914 aan de glorietijd van de Maastrichtse aardewerkindustrie een abrupt einde. Veel grenzen gaan dicht waardoor de toevoer van grondstoffen wordt belemmerd en de export wegvalt. Ook de binnenlandse handel zakt in.
Al gaat het na de Eerste Wereldoorlog weer beter, de hoogtijdagen van weleer keren niet terug. De achterblijvende export is één van de boosdoeners. Andere Europese landen overspoelen met hun producten de liberale Nederlandse markt, terwijl zij zelf blokkades opwerpen om onze export te weren. Maar ook de binnenlandse competitie met bijvoorbeeld het Goudse aardewerk neemt fors toe.
Expositie Maastrichts aardewerk,
pagina 2