doorslag van brief aan
Charley Toorop, 1933,
archief Rijksmuseum

Onbeschreven blad?

De vraag of een museum (-directeur) zich wel of niet in het politieke discours moet begeven is hier niet aan de orde, maar het ongemak dat Schmidt Degeners brief oproept bewijst dat het sluiten van je ogen voor andermans nood nooit is te verantwoorden. Natuurlijk kwam de vraag boven of Schmidt Degener politiek zo'n onbeschreven blad was als hij zelf aangaf. Een antwoord op die vraag is niet uit de archiefstukken naar voren gekomen. Hij is in 1941 overleden. Of hij weet heeft gehad van de gevolgen van de Jodenvervolging is de vraag. Zal hij ooit zijn antwoord aan Toorop hebben betreurd?

 

btn vooruit
naar pagina 6:
btn home
achteruit

Terug naar Faenza
Na deze zijstap is het tijd om terug te keren naar het verhaal over de schenking aan Faenza.






‘Zoojuist ontvang ik Uw zeer sympathiek schryven en zou niets lievers doen dan daar in vette letters myn naam onder te plaatsen maar _________ ik heb my tot regel gemaakt my nooit in binnen- of buitenlandse politiek te mengen en zulks om zeer goede redenen. Met de buitenlandsche autoriteiten moet ik voor myn tentoonstellingen steeds op behoorlyken voet staan, wil ik iets gedaan krygen. Voor de tentoonstelling in Mei komen de twee beste schilderyden (sic) uit de Pruisische musea. Wat de binnenlandsche politiek betreft, die laat my volkomen koud. Ik heb nog nooit geweten op wien ik stemmen moet.
            U zult my dus moeten verontschuldigen, hoezeer ik Uw poging op zich zelf ook waardeer.’

Of het al niet genoeg is, schrijft Schmidt Degener onder de brief nog een naschrift:

‘Het Ryksmuseum heeft aanvragen loopen by de fascisten te Rome en by de Sovjet-menschen te Moskou. Er is voor ons geen voordeel deze heeren in ’t harnas te jagen door uitingen over hun binnenlandsche politiek.’

Schmidt Degener beschouwt de collectie porselein van het Rijksmuseum,
fotograaf onbekend


De afwijzing in de brief van De Porceleyne Fles (pagina 4) is goed te begrijpen. ‘Blijf op veilige afstand van het politieke krachtenveld’ zou een devies van vele handelsfirma’s kunnen zijn. Het weerhoudt de Aardewerkfabriek er overigens niet van alsnog een schenking te doen.


Morele herijking

Fouten maken we allemaal. Om ons of onze belangen te beschermen blijken we meesters in het wegkijken van onrecht. Na de Russische inval in de Krim bleven we enthousiast applaudiseren voor Gergjev, betrokken we goedkoop gas van Gazprom, vonden Putin en zijn maatjes financiële adviezen en juridische ondersteuning aan de Zuidas en ga zo maar door. De inval van Rusland in Oekraïne maakt het ons eens te meer ongemakkelijk omdat wij zelf aan de Russische bommen meebetalen. Dat bewustzijn is wakker geschud. We mogen hopen dat de morele herijking die is ingezet, mag voortduren.

Charley Toorop

Hoe opportunisme een zaak van alle tijden is wordt meedogenloos duidelijk uit een brief die we in het archief van het Rijksmuseum tegenkwamen. Het betreft een antwoord van Schmidt Degener aan schilderes Charley Toorop. Zij had de museumdirecteur uitgenodigd om een manifest te ondertekenen van het Comité tot bestrijding van de Jodenvervolging. Schmidt Degener antwoordt haar op 15 april 1933:

 

pagina 5


 




 

laatste editie

eerdere edities

serviezendomein.nl

archief

alle onderwerpen

overzicht serviezen

tijdbalk

ontwerpers

producenten