'Tulipe' in de hier afgebeelde uitvoering is van een verraderlijke schoonheid. De prachtige whisky-kleur van het glazuur aan de binnenkant werd bereikt met loodglazuur. Tot aan de jaren zeventig maakten we daarvan geen probleem. Uit dit glazuur kan in combinatie met zure dranken het giftige metaal lood vrijkomen. Niet goed voor de gezondheid dus, zeker bij langdurig gebruik. Vandaar dat midden jaren zeventig het gebruik van loodglazuur voor serviesgoed wettelijk werd verboden. Je zult bij één kopje thee niet meteen het loodje leggen, maar dagelijks gebruik is niet aan te bevelen.
Wilt u meer lezen het gebruiksaardewerk van Potterie de Driehoek:
Thea en Eef de Hilster: 'Made in Huizen Holland 1934 - 1987; De geschiedenis van Aardewerkfabriek Haho en Potterie de Driehoek'
[zonder plaats], 2010; driehoekhuizen@hccnet.nl
Ron Tasman: 'The Gouda Pottery Book, Plateel makers in Holland', (3 delen)
Rotterdam 2007, hoofdstuk 58.
Op het strafbankje
De firma Regina reageerde woedend toen Potterie de Driehoek trots haar 'Tulipe' presenteerde. De irritatie berustte dit maal niet alleen op de gebruikelijke jaloezie van een concurrerende firma.
Alle producenten van serviesgoed hielden elkaars producten voortdurend in de gaten en volgden met een zekere gepaste afstand elkaars succesvolle ontwikkelingen. Maar nu was De Driehoek volgens Regina te ver gegaan: 'Tulipe' was puur plagiaat van haar Meydam-servies 'Black Princess'. Om de zaak bij te leggen bood De Driehoek aan om 'Tulipe' niet meer in zwart/wit te maken. Dat ging Regina niet ver genoeg. Het kwam tot een rechtzaak tussen beide firma's die uiteindelijk door De Driehoek werd gewonnen. De rechter zag wel overeenkomsten, maar ook voldoende verschillen.
Na een experimentele eerste versie in 1958 verscheen in 1959 het theesetje zoals op deze pagina is afgebeeld als onderdeel van een compleet nieuw servies. 'Tulipe' verscheen in vele kleurvariaties soms met een matte buitenkant, soms glanzend. De vormgeving van de theepot was het resultaat van een ontwikkelingsproces dat startte met het potje 'FH' uit 1957 en via de 1958-versie tot zijn definitieve 'Tulipe'-vorm kwam.
Zelfs wanneer we de kelkende lijn van de tuit en de handgreep in acht nemen dan nog heeft het model nauwelijks iets van een bloem. Eerder iets van een kindergietertje. Misschien wel juist daarom vormt het een uitstekende eenheid met de kopjes die wel degelijk op tulpen lijken; tulpen die net ontluiken.